In oktober 2022 startte Jeroen met zijn droomboerderij. “De boerenstiel trok me altijd al aan”, vertelt hij. “Mijn grootouders hadden vroeger een melkveebedrijf in Binkom (Lubbeek). Toen zij ermee stopten, zat ik nog op de lagere school. Het is altijd blijven kriebelen. Het was een hele zoektocht naar een geschikt model. Ik wilde sowieso iets met dieren doen, kilometerslange akkers inzaaien is niets voor mij. We kochten jaren geleden een huis met wat grond aan. We gingen de voorbije jaren ook steeds met het gezin op boerderijvakantie.”
Beweging
“Aanvankelijk wilde ik schapen houden, maar dat was niet rendabel zonder grote investeringen”, gaat hij verder. “Iemand fluisterde me al eens toe om aan varkens te denken. Ik dacht, zoals iedereen, dat varkens stinken. Maar als je honderd mensen boven hun uitwerpselen samen zet in een stal, stinken die ook. Toen ik in contact kwam met de buitenvarkens, veranderde alles. Dat was waar ik naar zocht. Het zijn geweldige dieren. Bovendien ruik je hier amper iets! Naast onze varkens, houden we ook een 150-tal kippen. Ook die scharrelen in open lucht rond.”
Het vlees, dat ze wekelijks verkopen, is dag en nacht verschil met dat wat je in de reguliere winkel vindt. “Over de massieve stukken zoals koteletten en spiering zijn de mensen lyrisch”, lacht hij. “De dieren lopen altijd buiten, in goed en slecht weer. Doordat ze meer beweging hebben, zijn ze ook gezonder en is hun vlees lekkerder.”
In samenwerking met het Regionale Landschap plantte Jeroen ook voedselbossen aan. “Op die manier hebben de varkens meer schaduwplekken om, bij mooi weer, te schuilen.”